Zand & PPS?

In de zomer van 2005 had de webmaster van B-3950.be er al twee rondjes Wetstraat opzitten.
Een eerste keer, in 1999, was hij als krantenjournalist getuige op de eerste rij van de dioxine-neergang van Dehaene, de intrede van Paars en de doorbraak van Komeet Steve.
Het tweede rondje, nu onzichtbaar, volgde in 2004 en 2005: als voormalig ACW-stafmedewerker was hij gevraagd om een Limburgs partijvoorzitter op de achtergrond ten dienste te staan, en hij was te nieuwsgierig om “nee” te zeggen.
In beide gevallen koos hij zelf, murw van 24/7 beschikbaarheid en inhoudelijk de nodige illusies armer, voor een terugkeer naar de Bocholter landelijkheid. Op z’n bucket-list stond nog “het schrijven van een roman”. En dat werd “Het Paardenpummelsyndroom”. Of “PPS”, in een ideale wereld een publiek-private samenwerking, die in de lokale realiteit nog wel eens wil uitdraaien op een privaat-parasitaire samenwerking, met de verborgen lusten voor de private partijen, en de zeer duidelijke lasten voor het publiek.
Het plaats-delict en delen van de plot (zoals de toen al dreigende zandwinning van ruim 120 hectare voormalige kruitfabriek) waren echt. Maar om duidelijk te maken dat het om fictieve personages en karakters ging, werd Bocholt de fusiegemeente Neerlo, en Kaulille de deelgemeente Noekerheide, thuisbasis van de meeste hoofdpersonen:

In de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen van 2006 verloor Neerlo, in de vroege ochtend van 13 september 2005, haar even dominante als capabele burgemeester van christen-democratische signatuur. Hij had eigenhandig in 2000 de absolute meerderheid nog weten te redden door een einde te maken aan de verstarde, zelfingenomen partijcultuur die in vergelijkbare Vlaamse plattelandsgemeenten al lang was afgestraft met een coalitie- of zelfs oppositiekuur.
Centraal staat de familie Geebelen. Weduwnaar Bèr Geebelen zag zijn meststoffen- en veevoederhandel evolueren naar het huidige aanbod van bakproducten, tuinbenodigdheden en troeteldierspeeltjes. Hij deelt het huishouden met zijn groene zoon Gert, vaste nachtverpleger in een Nederlands ziekenhuis. Diens zus Ilse koos als landbouwingenieur met tropenambities toch voor de job van diensthoofd leefmilieu en ruimtelijke ordening in Neerlo. Haar man, de jurist Wouter Hoeyberghs, heeft met uitzondering van Ilse en zijn woonadres helemaal niks met Neerlo. Maar als politiek geïnteresseerde zoon van een landelijk bekend oud-politicus is hij toch, uit nieuwsgierigheid en op vraag van de overleden burgemeester, in het lokale partijbestuur gestapt.
Net als z’n schoonbroer Gert staat Wouter aan de zijlijn van het gemeentelijk beleid, maar wel met een duidelijk andere insteek. Waar het Neerlose engagement van Hoeyberghs past binnen zijn planning om een carrière uit te bouwen in de landelijke politiek, staat voor Geebelen de toekomst van Neerlo zelf als aantrekkelijke, groene buitengebiedgemeente voorop. De mogelijke ontzanding van ruim 120 ha verlaten industrieterrein in Noekerheide, in alle stilte voorbereid door de overleden burgemeester, zet de toch al afstandelijke relatie tussen beide dertigers op scherp.
Deze buitengebiedroman schetst de bestuurlijke groeipijnen die veel plattelandsgemeenten doormaken. Zowel de hogere overheid als de eigen inwoners vragen en eisen een bestuurskwaliteit die de capaciteiten van zowel politieke verantwoordelijken als gemeentepersoneel vaak te boven gaat. Noch het politieke, noch het ambtelijke bestuur blijken voorbereid op de snelle evolutie die de landelijke grensgemeenten hebben doorgemaakt. Een snel afkalven van de beroepslandbouw leidde tot de ruimtelijke verrommeling en ‘horsification’ van het buitengebied, met  een toevloed van niet noodzakelijk welstellende maar vaak wel Nederlandse nieuwkomers.

Op B-3950.be vindt u daarom, ter lering en – hopelijk – enig vermaak, regelmatig passages terug uit deze kristallen bol-oefening, afgerond in het najaar van 2005.
Een jaar voor de CD&V – mét Pit! – ook in Bocholt naar de oppositie werd verwezen. En dit na een verkiezingscampagne waarin alleen de inderhaast samengesteld lijst Bokaal het aandurfde een mening te hebben over een zinvolle herbestemming van De Poeier in Kaulille.